Bloemen en planten

Of de zomerstekken nu in een verwarmde kweekserre, in een bak met bodemwarmte, een koude bak of gewoon in een miniserretje of een bloempot in de huiskamer zullen komen, steeds moet ervoor gezorgd worden dat het grondmengsel, waarin de stekken zullen worden gestoken, vooraf op temperatuur gebracht werd. Dat grondmengsel moet derhalve vooraf samengesteld worden. De samenstelling ervan levert echter wel enige problemen op. In ieder geval moet het ´arm aan voedingselementen´ en ´steriel´ zijn; het moet tevens voldoende vochthoudend en luchtig zijn.

Voor de Ericaceae (heidegrondplanten) levert dit geen probleem op, we gebruiken zuiver turf, eventueel afgedekt met een dun laagje zand om verrotting te voorkomen. Maar voor de meeste andere gewassen is de pH of zuurtegraad van turf te laag. Dit wordt dan verholpen door er ´rijnzand´ doorheen te mengen en hier komt wel wat ondervinding bij kijken. Het meest gebruikte mengsel is: 2 delen turf + 1 deel zand. Het gebruikte mengsel kan een zeer grote invloed hebben op de beworteling. Gewassen die gemakkelijk bewortelen, kunnen ook gestekt -worden in een fijn gezeefde, ontzuurde veengrond, die echter wel arm moet zijn aan voedingselementen (zogenaamd ´maagdelijke grond´). Deze veengrond of bloemistenaarde kan dan ook nog verschraald worden met scherp zand. In elk geval moeten we slechts gebruik maken van gewassen zand om bederf en schimmelvorming te voorkomen.

Kop- en stengelstekken

Snij uw stekken steeds met een vlijmscherp entmesje. Stengel- en kopstekken worden onderaan steeds schuin onder een oog afgesneden. De stengelstekken worden bovenaan ook schuin boven een oog afgesneden.

Alvorens de stekken in het grondmengsel te steken, laten we de wonden gedurende een paar uur opdrogen.

Het gebruik van groeistoffen (groeihormonen) kan de beworteling bevorderen. Deze produkten en inlichtingen betreffende het gebruik ervan kunnen verkregen worden in eik goed tuincentrum.

Vanzelfsprekend worden de stekken slechts gesneden van gezonde, kloeke planten en van voldoende sterke stengels. Net als de grond, moet ook al het gebruikte materiaal – potten, kistjes, miniserre, e.d. – steriel (kiemvrij) zijn.

Bladstek

Van sommige kamerplanten kunnen ook bladstekken gemaakt worden, zo onder meer van Sansevieria, Begonia rex, Peperomia, Streptocarpus, Saintpaulia ionantha e.a.

Van Sansevieria en Streptocarpus snijdt men de bladeren met een scherp mes in stukken van 3 – 5 cm lengte. De aldus verkregen bladstekken worden dan met een tussenruimte van een paar centimeter, de een naast de ander gestoken in een kistje of een bloempot. Daarbij komt één snijvlak, maximaal een halve centimeter, in de grond te zitten. Bij Sansevieria vermenigvuldigt men aldus de zuiver groene planten; deze met een gele bladrand worden vermenigvuldigd door scheuren. Men kan er echter wel een bladstek van maken, maar men verkrijgt dan enkel volledig groene planten, doordat de gele bladrand geen chlorophyl (bladgroen) bevat.

Bij Begonia rex neemt men een volgroeid blad af, waarvan langs de onderzijde de bijzonderste nerven doorgesneden worden; het blad wordt dan met de onderzijde op een mengsel van 2 delen turf + 1 deel zand gelegd, de steel wordt licht gedekt. De jonge plantjes ontwikkelen zich dan op de snijwonden van de nerven en op de bladsteel. Voor Peperomia en Saintpaulia wordt eveneens een volgroeid blad op dezelfde wijze op het turf-zandmengsel gelegd, maar zonder insnijdingen in de nerven te maken. De jonge plantjes vormen zich dan op het verzamelpunt van de nerven aan de basis van de bladsteel.

Het steken van de stekken en de nazorg

Daar zomerstekken bladeren hebben en dus ook verdampen, worden ze, om ze tegen uitdroging te beschermen, steeds onder glas, soms onder dubbel glas gestoken, dus in een serre, en koude bak of broeibak, onder tuindersklokken, een miniserre of in een bloempot met een glazen pot erover. Nadat het grondmengsel zoals hierboven beschreven, met zorg aangebracht is en de wonden van de stek zijn opgedroogd, worden de stekken in het grondmengsel gestoken. Steek de stekken slechts 2 tot 3 cm diep (steekt men ze dieper dan bewortelen ze trager en moeilijker), en druk ze licht aan, zodanig dat ze vaststaan.

Bij het stekken onder waternevel wordt niet aangedrukt, anders gaan de stekken gemakkelijk rotten, doordat het water minder goed doorsijpelt. Nadat de stekken gestoken zijn, wordt met een zeer fijne gieterappel, licht gesproeid of beneveld met de handspuit. De afstand tussen de stekken verschilt al naar gelang van het gewas of het doel waarvoor men ze kweekt.

Zomerstekken die gemakkelijk bewortelen en dus ook snel aan de groei slaan (bijv. Pelargonium en andere kamerplanten), worden soms elk afzonderlijk in een potje van 4-5 cm gestoken. De bewortelde stekken kunnen zodoende met een stevige potkluit verhandeld of verpot worden in een grotere pot. Pelargoniumstekken worden in augustus-september echter ook in een koude bak, de een naast de ander, in volle grond gestoken, slechts op een paar centimeter van elkaar.

Nadat de stekken beworteld zijn, worden ze dan onmiddellijk opgepot in een pot van 10 cm. Er dient ook voor gezorgd te worden dat de stekken zo kort mogelijk tegen het glas komen te staan, hetzij van de miniserre, de koude bak, de bak met dubbele beglazing of de dubbele beglazing in de serre. De dubbele beglazing kan ook vervangen worden door een plastic doek over het stekbed te spannen.

Stektemperatuur

Om een optimale beworteling te bekomen, moet de bodemtemperatuur iets boven de 15° C liggen. Onder de 15° C verloopt de beworteling moeizaam en te traag, zodat we veel uitval krijgen. Boven de 26° C treedt meestal verhitting en schimmelvorming op. De meest ideale temperatuur ligt zowat om en bij de 18°-20° C. Grote temperatuurschommelingen dienen uiteraard vermeden te worden, terwijl de genoemde gemiddelde temperaturen gedurende de hele bewortelingsperiode moeten worden aangehouden.

Het stekken onder dubbel glas is één van de middelen om de temperatuur meer constant te houden. Met dit doel kan de liefhebber ook gebruik maken van glazen of plastic klokken of potten, die dan in een koude bak worden geplaatst, uiteraard met de ramen erover om een ´dubbel-glaseffect´ te verkrijgen. Indien gebruik gemaakt wordt van een elektrische bodemverwarming, wordt de minimum temperatuur ingesteld op 16° C (met thermostaat), zodat ´s nachts een minimum temperatuur van 16° C aangehouden wordt en deze overdag enkele graden oploopt. Door tijdig te schermen tegen rechtstreekse zonnestralen, en desnoods te luchten, wordt dan oververhitting overdag voorkomen.

Luchtvochtigheid

De eerste dagen na het stekken moet de luchtvochtigheid bij de 100% liggen. U moet erop letten dat zich aan de onderzijde van het glas of het plastic veel condensdruppels vormen, alleen dan is de luchtvochtigheid hoog genoeg. Is de luchtvochtigheid, vooral de eerste dagen, te laag, dan verdrogen de stekken. Vormen er zich te weinig condensdruppels, dan dient over de gestoken stekken wat waternevel gespoten te worden, of dient nogmaals licht gesproeid te worden. Na het inbrengen van de waternevel wordt de glas- of plastic bedekking onmiddellijk weer aangebracht. Hou de vochtigheidsgraad verder regelmatig in het oog; zo nodig wordt licht gegoten.

Schermen

Afschermen tegen rechtstreekse zonnestralen is nodig, maar aangezien zomerstekken bladeren hebben, moeten ze ook voldoende licht hebben om de stofwisseling in het blad normaal te laten verlopen. Hoe meer licht, des te beter de assimilatie. Daarom worden ze zo kort mogelijk tegen het glas gestoken.

Om dezelfde reden moeten we de stekken slechts afschermen tegen rechtstreekse zonnestralen. Hoe meer licht de stekken krijgen, des te beter en sneller zullen ze bewortelen. Dit is trouwens één van de redenen van de betere uitslagen bij het stekken onder waternevel; daar wordt weinig of niet geschermd. Bij het schermen moeten we er derhalve over waken, de stekken niet volledig van het licht af te sluiten. Schermen heeft enkel tot doel de rechtstreekse zonnestralen van de stekken af te houden. Het licht moet zoveel mogelijk kunnen toetreden. Daarom wordt bij het stekken onder plat glas of glazen klokken het schermmateriaal aangebracht op een hekwerk. We kunnen ook schermen met netten, neteldoek of een vochtig wit papier.

Luchten

Om zoveel mogelijk een normaal verloop van de levensfunctie te behouden, moet ook op regelmatige tijden gelucht worden. Dit moet met zorg en nauwgezetheid gebeuren, en naar gelang van de aard van het gewas. Indien de temperatuur overdag te hoog mocht oplopen, kan het glas (steeds op één zijde) wel even gelicht worden, doch zonder de bladeren volledig te laten opdrogen.

Perlite

Perlite is een kunstmatig neutraal en steriel stekmedium, dat sinds jaren in de tuinbouw gebruikt wordt om zaai- en stekbodems mee te verlichten, meer doorlatend te maken. Indien u dit stekmedium gebruikt, doet u er goed aan u volledig te laten inlichten en u te laten leiden door de in de praktijk opgedane ondervinding. Dit medium wordt nogal eens gebruikt om bladstekken en stekken die langzaam bewortelen in te steken. De resultaten kunnen echter uiteenlopen.