Tuinonderhoud

Een volle, al dan niet strakke haag rondom de tuin of het terras is een goede barrière. Het behoedt u niet alleen voor nieuwsgierige blikken van buren en voorbijgangers. Een goede haag is zeker ook een goede windvanger en hij houdt het geluid enigszins tegen. Oktobermaand tuinmaand is het tijdstip om een haag te planten. Een ideale haag maakt u bijvoorbeeld met Ligustrum ovalifolium, de bekende liguster.


De populariteit van Ligustrum ovalifolium als haagplant komt niet zomaar uit de lucht vallen. De plant groeit redelijk snel, waardoor u niet jaren op een beetje privacy hoeft te wachten. Bovendien is deze liguster min of meer wintergroen. Uw privacy blijft daarom ook in de winter redelijk gewaarborgd. Ligustrum ovalifolium bloeit in juli met witte bloemetjes in kleine pluimen. Later volgen zwarte vruchten. De bloemen en vruchten komen vooral tot hun recht wanneer de liguster de kans krijgt vrij uit te groeien. Dan blijkt dat deze typische haagplant veel meer sierwaarde heeft, dan menigeen denkt. Bij een strak geschoren haag gaat dat sierlijke karakter voor een deel verloren. Wat blijft is echter een perfecte ´groene muur´.

Hoge hagen

Behalve liguster zijn er tal van andere uitstekende planten, die een hoge haag vormen. De ene soort groeit snel, de andere wat langzamer. Beide eigenschappen hebben hun voor- en nadelen. Een snelgroeiend gewas vormt in rap tempo een haag van formaat. Bij een langzame groeier duurt dat enkele jaren langer. De langzame groeiers besparen later echter veel tijd, doordat ze maar één keer in het jaar hoeven te worden gesnoeid. Op dit verhaal is één goede uitzondering te vinden: bamboe. Dit gewas heeft jaarlijks een groeiperiode van slechts twee of drie maanden. Wordt na deze groeiperiode gesnoeid, dan houden de planten deze vorm tot het volgende jaar. De bamboes zijn vooral geschikt voor de wat hogere hagen.

Andere planten die goed een hoge haag vormen, zijn vooral coniferen. Cupressocyparis leylandii is een zeer snel groeiende conifeer, die ook goed groen blijft op een winderige plaats. Voor een volle haag kunnen er het beste drie op een meter gezet worden. De Chamaecyparis lawsoniana mag in tegenstelling tot de ´leylandii´ nooit op de wind gezet worden. Staat hij in de luwte op een zonnige plaats, dan zal hij echter snel een volle haag vormen. Verder is Thuja een goede plant voor een hoge haag. Deze conifeer stelt weinig eisen aan de grond en kan goed droogte doorstaan. Wel vragen thuja´s een plaats in de luwte en in de zon.

Een conifeer met behoorlijk afwijkende eigenschappen is Taxus. Door hun langzame groei vormen ze zeer volle hagen en vragen ze weinig onderhoud. Van de soort Taxus baccata zijn veel verschillende vormen op de markt, zoals sterk opgaande soorten en soorten met een gele rand langs de naalden. Wilt u een wat lagere haag van Taxus, dan is de Taxus media ´Hicksii´ aanbevelenswaardig. Deze plant is geschikt voor hagen tot 1,5 m.

Lagere, strakke haagjes

Voor de lagere hagen komt bijvoorbeeld Buxus sempervirens in aanmerking. Dit overbekende struikje vormt mooie strakke haagjes, die in elke tuin passen. Door hun beperkte groeisnelheid worden ze vrijwel uitsluitend gebruikt voor lage afscheidingen. Maar voor mensen met geduld is buxus ook geschikt voor hagen van meer dan 2 m. Mag het haagje niet hoger worden dan een halve meter, dan is de langzaam groeiende Buxus sempervirens ´Suffruticosa´ een zeer goede keuze. Deze soort werd vroeger massaal gebruikt in kasteeltuinen. Voor de aanplant van Buxus worden – afhankelijk van het formaat bij aankoop – vier tot zes stuks per meter geplant.

Een goed alternatief voor Buxus is hulst en dan speciaal Ilex crenata. Deze struik lijkt veel op Buxus, maar groeit sneller en draagt zwarte besjes. Ilex crenata groeit het beste op een enigszins vochtige bodem en bereikt daar met enig geduld een hoogte van 2 m.

Ook de Lonicera nitida ´Elegant´ past goed in dit rijtje van laagblijvende haagplanten thuis. Deze struikkamperfoelie bereikt vrij snel een hoogte van 1 m. Vrij van onderhoud is deze plant niet. Hij maakt vrij veel zijtakken. Wel heeft dit struikje in mei en juni extra sierwaarde door de witte bloemetjes.

Berberis verruculosa is een sterk struikje met gele bloemetjes, gevolgd door blauwe besjes. De takjes bezitten veel stekels en ook de blaadjes zijn licht gestekeld waardoor deze berberishaag een effectieve en decoratieve afscheiding vormt.

Wie in de breedte iets meer plaats heeft, kan ook eens denken aan een paplaurierhaagje. Prunus laurocerasus ´Otto Luycken´ is de meest geschikte soort voor een kleinere haag. Bredere hagen leveren verder Rhododendron, groene of scherpe hulst (Ilex aquifolium) en de struikvormige klimop (Hedera helix ´Arborescens´).

Aanplant en onderhoud

Oktober is niet voor niets tuinmaand: gezien de weersomstandigheden en de rustperiode die de planten naderen is dit de beste maand om een haag te planten. Bij nieuwe aanplant vragen struikjes als Buxus en Lonicera in het begin veel snoei, om ze van onderen goed vol te krijgen.

Coniferen moeten juist in het begin vrij weinig worden gesnoeid. Door de zijtakken af en toe te toppen ontstaat een mooie volle plant. Geef de top de kans om door te groeien totdat de uiteindelijke hoogte is bereikt. Dan moet 3 tot 4 maal per jaar licht worden gesnoeid totdat het gewenste formaat is bereikt. Snoei snellere groeiers in het midden en aan het eind van de zomer nog een keer.

Voor de langzame groeiers zoals Taxus en Ilex is het voldoende om alleen aan het eind van de zomer een keer te snoeien.

Bron: Plant Publicity Holland – pph.nl
Geert Devriese – oktober 1999, bewerking Rudi Van Overloop