Staren we ons bij de inrichting van de tuin niet een beetje blind op de kleurenpracht van bloemen? Let ook eens op het blad. Dat is soms heel opvallend van kleur of vorm. In de tuin kunnen we daar heel bijzondere dingen mee doen. Afwisseling van bladvorm en bladkleur zorgt voor een tuin vol beweging en dynamiek. Een beuk is een bekende boom; zo bekend dat hij vaak niet eens zo opvalt. Een rode beuk springt er in het landschap daarentegen onmiddellijk uit. Op tal van boerenerven staat er dan ook één.
Rood met zilvergrijs
Niet iedereen heeft een erf of een grote tuin om zo’n prachtige rode beuk aan te planten. Dat is geen probleem want er zijn genoeg roodbladige bomen en struiken die minder groot worden. Zo is de rode pruikenboom (Cotinus coggygria ´Royal Purple´) in vele tuinen een absolute aandachtstrekker. De takken worden ook graag toegepast in boeketten en bloemstukken. Je herkent ze direct, niet alleen aan de kleur maar ook aan de vorm van de bladeren. Die zijn namelijk opvallend rond.
Andere heesters met in het oog springend rood blad treffen we onder meer aan bij de sierappels (Malus ´Liset´), hazelaar (Corylus maxima ´Purpurea´), Weigelia (Weigela florida ´Purpurea´) en bij tal van Prunussen. Durf dit uitgesproken (donker)rode blad van al die genoemde heesters eens toe te passen in combinatie met zilvergrijs of blauwgroen. Ook dat heeft de natuur ‘uit voorraad leverbaar’. Denk maar eens aan de duindoorn (Hippophae), sommige olijfwilgen (Elaeagnus) of de mooi blauwbloeiende Caryopteris clandonensis.
Wie tussen de andere heesters af en toe zo’n eigenwijze, roodbladig of zilverkleurig exemplaar zet, breekt daarmee op speelse wijze de beplanting. Het maakt uw tuin dynamischer.
Geel en bont
Natuurlijk kan die dynamiek ook worden bereikt door andere opvallende bladkleuren te mengen. Denk in dit verband eens aan geelbladige heesters. De vlier kent zo’n gele variant: Sambucus nigra ´Aurea´. Vooral vroeg in het jaar is het blad opvallend goudgeel. Wat groter wordt de goudiep (Ulmus carpinifolia ´Wredei´). Gleditisia triancathos is een slanke niet al te grote boom, met prachtig grillig geelkleurig blad, die zowel in grote als in kleinere tuinen goed tot zijn recht kan komen.
Ragfijn en reuzengroot
Blad is er in alle soorten en maten. Er zijn heesters en bomen met zulke kleine, smalle blaadjes dat het loof ragfijn overkomt. Bij tal van Japanse esdoorns is dat het geval, zoals Acer palmatum ´Dissectum´. Bij diverse types is dat ragfijne blad bovendien donkerrood. Klein maar opvallend fijn is ook het blad van Nothofagus antartica. De donkergroene, glanzende blaadjes zitten dicht op de grillige takken. Het is typisch een boom die in al z’n eenvoud toch de harten van veel tuinbezitters steelt. Daar is zelfs geen bloem voor nodig.
 |
| Het geel van Gleditsia triancathos is er om even stil van te worden |
Tegenover al dit fijne loof staan heesters en bomen met opvallend grote bladeren. De trompetboom (Catalpa) is daarvan een extreem voorbeeld. De frisgroene bladen zijn wel 10 tot 20 cm in doorsnede. Gezien het formaat is het geen boom die voor elke tuin geschikt is. Mooi is deze soort echter wel! Hetzelfde geldt een beetje voor de tulpenboom, die grote bladeren heeft in de vorm van een tulp. Bladeren kunnen er zó verschillend uitzien. Blad kan gekroesd, heel smal lancetvormig, fluweelachtig behaard, of juist heel stekelig zijn. Het gaat er niet om in de tuin alles maar naast elkaar aan te planten. Door echter meer oog te hebben voor de verschillende bladkleuren en bladvormen kan uw tuin zoveel meer uitstralen en zo veel meer dynamiek hebben.
Bron Geert Devriese
