Linnaeus zag in het blad van deze plant enige gelijkenis met die van een wilg. De Nederlandse naam is dan ook bloemwilg. Deze plant bezit een aantal positieve eigenschappen.
Bloemwilg is een opgaande, bladverliezende heester 1m tot 1.5 m hoog groeiend, die korte uitlopers vormt. Jonge twijgen roodachtig, later naar bruin verkleurend. De langwerpig-ovale, heldergroene bladeren zijn fijn en scherp gezaagd aan de rand en hebben een spitse top. In het najaar verkleuren zij via oranje-rood naar purperrood en het blad blijft lang aan de plant. Van mei tot in juli bloeit de plant zeer rijk met kleine, witte, geurende bloemen in tot 15 cm lange, opstaande trossen. De bloemen zijn ongeveer 8 mm in diameter, stervormig met 5 kelk- en 5 kroonbladen, 5 meeldraden en een bovenstandig vruchtbeginsel. Na de bloei verschijnen er 6 tot 8 mm grote, behaarde doosvruchten.
Zoals de soortnaam al aangeeft komt deze plant voor in de Amerikaanse staat Virginia en is in Nederland en België voldoende winterhard. Een beschutte plaats geniet de voorkeur. De grond moet vochtig en voedzaam zijn, en liever geen kalk bevatten. Let op dat ze in de zomer niet uitdroogt. Je kunt ze gebruiken voor vakbeplanting, in de border – alleen of in een groep – of in potten. Na de bloei kunnen de uitgebloeide scheuten terug gesnoeid worden tot een sterke groeitop. Bij oudere planten kunnen de dikke takken in het voorjaar er tussen uit gesnoeid worden. Ze is vrijwel ongevoelig voor ziekten en plagen.
Itea is de Griekse naam voor wilg. Linnaeus, die dit geslacht heeft beschreven, zag gelijkenis tussen de eerst beschreven Itea soort en een wilg. De soort is al sinds 1744 in cultuur.
Behalve de wilde soort is er ook een aantal cultuurvariëteiten in de handel die allen rijk bloeien:
- ´Henry´s Garnet´ heeft roodachtige twijgen en groeit compacter. De bladeren verkleuren in de herfst meer naar bruin.
- ´Little Henry´ is een laagblijvende soort die slechts 50 cm hoog wordt. Ideaal voor vakbeplanting.
- ´Long Spire´ Zoals de naam al aangeeft heeft deze zeer lange bloemtrossen. Bladeren in de herfst geelgroen met bruine vlekken.
- ´Merlot´ is breed uitgroeiend tot 1 m hoog en heeft een donker purperrode herfstkleur. Door de dichte vertakking vormt zich een dichte, polvormige habitus. Bloemtrossen tot 20 cm lang.
- ´Sarah Eve´ heeft opvallende zachtroze gekleurde bloemen. Een aanrader! (zie foto onderaan).
- ´Saturnalia´ is meer stijf opgaand dan andere cultivars.
- ´Shirley´s Compact´ is een nieuwe selectie, ook met een compacte groeiwijze.
Bron: Arjan Laros