Pruimenbomen vragen in het algemeen weinig onderhoud en zijn relatief gemakkelijk te kweken en te snoeien. Meestal kunnen de bomen verder met een beperkte snoei. Door de pruimenbomen te snoeien krijgt u een mooiere boomvorm, iets minder vruchten en minder takken die afbreken. De vruchten kunnen beter uitgroeien en smaken lekkerder door deze snoei. Sommige pruimenrassen kan u beter zo weinig mogelijk snoeien, doordat ze kunnen afsterven bij zware snoei. Het snoeien in de winter wordt algemeen afgeraden bij steenfruit.
Naamgeving van pruimen
De gewone, Europese pruimenboom heeft als wetenschappelijke naam: Prunus domestica. De pruimen behoren net zoals kersen, sierkersen, perzik, nectarine en abrikoos tot de groep steenfruit (Prunussoorten).
Plantenfamilie: Rosaceae of Rozenfamilie.
De kennis van wetenschappelijke naam en plantenfamilie is nuttig omdat sommige schimmelziekten (bloesemmonilia, loodglansschimmel) ook bij de nauw verwante steenfruitsoorten kunnen optreden.
Snoeitijdstip
Tussen half april en half september. Dikwijls wordt na de pruimenpluk in augustus de nodige snoei toegepast. Snoei pruimenbomen en ander steenfruit NOOIT in de winterperiode! Kies een warme, droge dag uit voor de snoei zodat de snoeiwonden snel kunnen opdrogen. In totaal zijn er 4-5 gesteltakken aan de stam die in een stand van 65-80° t.o.v. de stam staan (Iets boven het horizontale). Hoe ouder de pruimenbomen, des te meer de gesteltakken iets mogen zakken, maar ze blijven bij voorkeur net boven het horizontale. Het vruchthout aan de stam, boven die 4-5 gesteltakken, heeft best een horizontale stand.
Pruimenbomen veel of weinig snoeien?
Een pruimenboom die geen of weinig vruchten draagt, gaat door snoeien niet meer vruchten dragen! Het tegendeel zelfs! Snoeien bevordert de vegetatieve groei en hierdoor krijg je (iets) minder vruchten.
Snoei maximaal 1/3 van de takken weg. Probeer bij verwaarloosde bomen de snoei over 3 jaar te verdelen.
- Pruimenbomen moeten niet veel gesnoeid worden! In vergelijking met appels en peren kunnen pruimen met veel minder snoei verder.
- Snoei indien mogelijk zo weinig mogelijk of zelfs niet. Sommige pruimenrassen zoals o.a. ´Reine Victoria´ (= ´Queen Victoria´) verdragen snoei niet goed en sterven gemakkelijk af.
- Een verwaarloosde pruimenboom kan je beter niet te drastisch snoeien, maar spreid de snoei over 2-3 jaar. (Maximaal 1/3 snoeien). Een te drastische snoei loopt soms slecht af….
- Gesteltakken bijna horizontaal uitbuigen is beter dan snoeien. Kies een warme dag uit voor dit uitbuigen, anders kan meer takbreuk optreden. Uitbuigen vermindert plaatselijk de groei en verplicht de uitgebogen tak meer vruchten te maken.
- Zaag beter 1 grote tak weg, dan vele kleine takjes weg te snoeien.
- Sterke twijgen die onderaan op de stam staan en wildopslag van de onderstam kan u best volledig verwijderen. Doe dat regelmatig zodat de snoeiwonden zo klein mogelijk zijn.
- Gesteltakken bijna horizontaal uitbuigen is beter dan te snoeien. Kies een warme dag uit voor dit uitbuigen, anders kan meer takbreuk optreden. Uitbuigen vermindert plaatselijk de groei en verplicht de uitgebogen tak meer vruchten te geven.
Foto: Uitbuigen van takken. Gebruik een lus aan de tak, zodat het touw niet kan insnoeren.
Hoe sterke pruimentwijgen behandelen?
- Sterkgroeiende rugtwijgen kan u best zo vroeg mogelijk wegbreken. Dat kan best gebeuren als ze nog kruidachtig zijn, het eerste groeijaar.
- Sterkgroeiende zijtwijgen die opzij van de gesteltakken groeien kan u best horizontaal uitbuigen. Door het horizontaal uitbuigen vermindert de sterke groei en worden er meer bloemenknoppen aangemaakt.
- Sterkgroeiende twijgen die aan de stam groeien en die steil omhoog groeien kan u best verwijderen. Laat de takkraag (circa 2-5 cm) staan, zodat onderaan een nieuwe scheut kan ontstaan die vanzelf horizontaal groeit.
- Verlengeningen van gesteltakken kan u best iets uitbuigen zodat ze bijna horizontaal groeien. (Hoek van 65-85° t.o.v. de harttak of stam). Bij jonge pruimenbomen mag de stand 65° zijn.
Wat verwijderen bij de pruimensnoei?
- Wildopslag van de onderstam
- Afgebroken en dode takken
- Takken die bij het uitbuigen uitbreken kunnen best weggesnoeid worden. Vooral te steil groeiende takken breken gemakkelijk uit. Laat hierbij een kleine takstomp van 3-15 cm staan.
- Kruisende takken
- Steil groeiende takken langs de stam. Deze te scherp ingeplante takken bovenin de boom, lijken een tweede kop of stam te vormen.
- Te lang en afhangend vruchthout
- Te laag hangende takken aan de stam
- Een tak die aangetast is door de loodglansschimmel. Mogelijk kan je hiermee het leven van uw boom nog even rekken.
- Bomen die al vruchtlichamen (paddenstoelen) vertonen van de loodglansschimmel kan u best volledig opruimen! Ze zijn een grote besmettingsbron voor andere bomen! Laat het snoeihout niet liggen in de omgeving, maar vernietig het!
- Verticaal groeiende rugtwijgen die teveel licht wegnemen.
Foto: Breek of snoei rugtwijgen tijdig weg. Probeer steeds een zo klein mogelijke snoeiwonde te maken. Eventueel laat u enkele cm (takkraag) staan.
Snoeimateriaal en wondverzorging voor de pruimensnoei
Foto:
1. Slijpsteentje om snoeischaar scherp te maken
2. Rechtshandige snoeischaar
3. Holster om snoeischaar aan heupriem te hangen
4. Snoeizaag.
- Gebruik scherp snoeimateriaal zodat de snoeiwonden zo klein en glad mogelijk zijn.
- Snoei niet te kort bij de hoofdtak. De takkraag moet zoveel mogelijk behouden blijven, voor een goede wondheling.
- Kleine snoeiwonden moeten niet ingesmeerd worden
- Grote (zaag)wonden raadt men aan van in te smeren met een wondhelendmiddel om infectie van de loodglansschimmel te voorkomen.
- Ontsmet uw snoeimateriaal, nadat u aan een verdachte pruimenboom (loodglansschimmel) hebt gesnoeid.