Anemone blanda, blauwe anemoon of Oosterse anemoon is afkomstig uit Zuidoost-Europa (Griekenland, Turkije), Kaukasus en Klein-Azië en is verkrijgbaar in diverse kleuren: wit, roos of blauw. Deze teerogende, knolvormende soort is bij ons zeer winterhard. Ze groeien in groepen van 20 cm hoog met een varenachtig blad. In het voorjaar bloeien ze met stervormige bloemen. In voldoende vochtige grond breiden zich steeds verder uit en vormen zo een groot tapijt van bloemen.
 |
Allium ´Gladiator´ is een hybride is ontstaan uit een kruising van A. aflatunense auct. x A. macleanii en werd in 1981 door W. Hey geregistreerd. Deze sierui heeft een grijsgroen liggend blad. De tot 120 cm hoge bloemsteel draagt een compacte bolvormige bloeiwijze, gevuld met vele paarsroze stervormige bloemen. De onderzijde van de bloemsteel is paarsachtig bruin. Een prima houdbare snijbloem. Bron P.C. Nijssen |
 |
Alstroemeria aurea is de meest winterharde en groeikrachtigste soort. Deze nuttige planten bloeien in lichtoranje of donkeroranje. Het is een snelle groeier die ook snel gaat uitstoelen. Alstroemeria aurea is inheems in Zuid-Chili. Bladeren lancetvormig aan stengels van 60 tot 90 cm lang. Bloemen 3-4 cm de buitenste kroonbladen hebben groene toppen. Doet het goed in de volle grond in de zon of halfschaduw. Dit is de meest winterharde soort voor onze contreien. In de winter steeds de wortels met een dikke mulchlaag beschermen. |
 |
Arum italicum is afkomstig uit het Middellandse zeegebied en Noord-Afrika. Hij voelt zich best thuis op licht beschaduwde plaatsen onder bomen of onder hoge vaste planten. Hun bloeiwijze, op de kolf geplaatste bloemen zonder bloembekleedselen, vormen een glijval voor insecten en bevordert als zodanig de bevruchting van de bloemen. Deze meest aangeboden Arumsoort is in de wilde natuur een plant uit vochtige bossen en houdt daarom van een beschut plekje in voedzame, vochtige grond. Het blad is spits pijlvormig en breed met een opvallende witte, gemarmerde nerventekening. De bloemen bestaan uit een gele bloeikolf met daaromheen een geelbruine bladschede met een vangtrechter voor bestuivende insecten. In het najaar verschijnen aan de kolven de schitterende helderrode bessen die bijzonder giftig zijn! |
 |
Allium christophii of sterrenlook, is inheems in het noordwesten van Iran en het Russische deel van Centraal-Azië. De sterrenlook mag eigenlijk in geen enkele tuin ontbreken want het is een juweeltje van een bolgewas. De kogelronde bloeiwijze heeft een diameter van wel 20-40 cm. Deze bevindt zich aan het einde van een krachtige tot 50-60 cm hoge bloemsteel die wordt omgeven door bandvormige, groen glanzende, behaarde bladeren, die aan de onderzijde enigszins wit zijn. Deze kogelbloem is samengesteld uit wel 100 glanzende violette bloempjes, met een unieke metaalachtige glans, waarvan de topjes elkaar nauwelijks raken. Met het rijpen van het zaad worden ze zwart. Uitermate geschikt als snijbloem en voor droogboeketten. Poot de bollen in de herfst uit op een diepte van iets meer dan 5 cm. Deze soort gedijt het beste op een zonnige plek. |
 |
Colchicum autumnale is afkomstig uit Europa, Middellands zeegebied en een droogbloeier. Komt in Europa ook in het wild voor op vochtige weiden. Eigenaardig bolgewas dat in het najaar bloeit, wanneer de bladeren zijn afgestorven. De bloemen lijken op die van krokus maar de bol en de bladeren zijn veel groter. Ze vragen een lichte, niet te droge aarde, omdat in zware gronden de grotere bladeren in het voorjaar moeite hebben met het uitkomen. In onze tuinen worden ze vooral gebruikt voorheen heestergroepen, als randplant of soms verwilderd in een grasveld. Er zijn tal van hybriden beschikbaar. |
 |
Crocus tommasinianus ´Ruby Giant´ is een mooie robijnpurperkleurige krokus die heel mooi past in het gazon. Planten in groepjes van 10 tot 20 bollen bij elkaar. Ze verlangen een goed doorlatende bodem. |
 |
Hyacinthus orientalis of Oosterse hyacint, is afkomstig uit Bagdad, Oost-Europa, West-Azië en de wilde vorm is violetblauw maar komt niet in onze tuinen voor. Hyacinten zijn geliefde bolgewassen voor zowel binnen als buiten. De bollen zijn eirond tot enigszins platgedrukt en hebben een roodpaarse tot witte huid. Deze kleur van de huid stemt overeen met de bloemkleur. De trechtervormige, geurende bloemen met naar achter gebogen kroonbladen verschijnen afhankelijk van het ras, van begin april tot mei in eindstandige trossen. Hyacinten worden van oudsher in bloei getrokken. |
 |
Scilla sibirica is een winterhard bolgewas en doet het prima als verwildering tussen andere planten. Per bol verschijnen meerdere steeltjes waaraan 2 tot 5 schitterende hangende klokjes verschijnen. Het blad verschijnt al vroeg in de lente en de bloeiperiode die daarop volgt, houdt vrij lang aan. |
 |
Eranthis hyemalis is een volkomen winterhard bolgewas, dat afkomstig is uit Zuid-Europa, maar komt ook hier af en toe verwilderd voor. Deze winterakoniet vormt op den duur grote groepen. De heldergele, komvormige bloemen bloeien al in februari, in zachte winters soms al eind januari, en doen ons wat aan boterbloemen denken. Ze worden zo´n 2 tot 2.5 cm groot in doorsnede. Heel mooi om in het gazon te planten. Opvallend zijn de groene omwindselbladeren onder elke bloem. Verdraagt lichte schaduw uitstekend. Voor een goed effect is het nodig groepen van minstens 10 te planten op een diepte van 4 à 5 cm. |
 |
Leucojum vernum, het lenteklokje, is afkomstig uit Centraal- en West-Europa en is bij ons volkomen winterhard. Het is een zeldzaam vroeg in het voorjaar bloeiend bolgewas dat aan 15 tot 20 cm lange stengels één of twee hangende klokvormige bloempjes ontwikkelt. Alle zes bloemblaadjes zijn bij het lenteklokje groot en eindigen in een geelgroen puntje. Zeer geschikt voor onderbeplantingen, onder loofhout, als stinzenplant en in het gazon. Ze geven de voorkeur aan een vochtige, voedzame grond en verwilderen daar erg gemakkelijk. Voor een goed effect moeten er minstens 5 bij elkaar worden geplant op een diepte van 5 à 8 cm. |
 |
Sauromatum venosum is een knolgewas met alleenstaand blad aan opgaande steel en tot 50 cm brede, voetvormig samengestelde bladschijf. Uit de droge knol een gedetailleerd schutblad, van buiten groenachtig paars, van binnen groen met paarse vlekjes: het geheel lijkt wel wat op een mini-palmboompje. Het is een bekende droogbloeier, waarvan men de knollen bij tuincentra of soms op de markt kan kopen. Men zet de knol op de vensterbank en vervolgens komt er een ietwat bizarre, maar mooie paarse aronskelkbloem uit, die ruikt naar rottend vlees! |
 |
Allium ampeloprasum, de oerprei is inheems in Zuid-Europa, Noord-Afrika en Klein-Azië tot in de Kaukasus. De lengte van de bloemstelen is erg variabel, van 0.5 tot 1.2 meter. Tegen de tijd dat de bloei aanvangt, zijn de bladeren goeddeels verdord. Het bloemscherm bestaat uit vele witte, soms roze bloemetjes. De kogelronde bloemschermen zijn gevat in papierige schutbladen die afvallen wanneer de honderden minieme bloempjes opengaan. De meeldraden en de helmknoppen steken uit boven het bloemscherm. Het blad is grijsgroen, tot 45 cm lang, heeft ruwe randen en voelt wasachtig aan |
 |
Allium beesianum is een zomerbloeiende soort uit Yunnan en Sichuan. Hij bloeit met dun bezette schermen met knikkende, klokvormige blauwe bloemen die opvallend uitsteken boven het smal, grijzig groen blad. Zonder verstoring vormt de plant dichte pollen van 20-30 cm hoog. |
 |
Allium cernuum is afkomstig uit het Alleghany gebergte in Wyoming (Noord-Amerika), maar komt ook plaatselijk voor in Canada en Mexico. Karakteristiek voor deze Noord-Amerikaanse soort is de manier waarop de slanke, 30-60 cm hoge bloeistengel aan de top omknikt. Hij produceert kunstig gedraaide bloemstelen, die omgeven worden door lange, smalle bladeren. Het 5 cm grote bloemscherm, is samengesteld uit donkerpaarse bolvormige, knikkende bloemen met uitstekende meeldraden. Een echte bijenplant. Tijdens de uitbloei worden de bloemtopjes teruggevouwen. Allium cernuum heeft met een lange bloeitijd, van eind mei tot in augustus. |
 |
Allium dichlamydeum is een felgekleurde soort uit Californië die zo´n 20-30 cm hoog groeit met een heel fijn blad dat net zo lang is als de stengels. Tijdens de zomer verschijnen magentarode, klokvormige bloemen op stevige stengels. |
Verkrijgbaarheid
Zie
  |
De hierboven behandelde planten zijn beschikbaar in de bestaande TK-Plantengids of als uitgebreide plantenfiche van het seizoen 2007 te uploaden. Sommigen zijn apart raadpleegbaar na installatie op je harde schijf (zie instructies tijdens de setup procedure). Bestaande TK-PLANTENGIDS CD-rom eigenaars updaten hiermee hun hardeschijf programma. TK-Plantengids HD CD-ROM eigenaars met een TKPLUS abonnement kunnen sommige van deze plantenfiches downloaden en installeren op hun harde schijf. Voor info over deze cd-rom zie /plantengids/index.html |
