De druiven die tegenwoordig op de markt en in de supermarkt verkocht worden, komen bijna allemaal uit Zuid Europa. Jaren geleden werden ook in België veel druiven verbouwd. Dat gebeurde meestal in verwarmde kassen. Maar om druiven te kweken is een kas niet echt nodig. Ook in de eigen tuin kunnen druiven worden gekweekt! En wie zou dat niet willen? Er is immers niets zo lekker als versgeplukte druiven van eigen teelt. Eén van de beste druivenrassen voor het Belgische klimaat is Vitis (wijnstok) ´Boskoop Glory´.
´Boskoop Glory´ of ´Gloire de Boskoop´ is een redelijk snelgroeiende druivenplant met heel lange ranken. In een jaar kunnen de ranken wel tot een lengte van 7 m uitgroeien De plant heeft grote, lichtgroene bladeren en is in België en Nederland goed winterhard. De wijnstok bloeit in de zomer, met onopvallende groene bloempjes. Deze worden druk door bijen bevlogen. Uit de bloemen ontstaan in de loop van de zomer en herfst langzaam de druiventrossen, met matig grote, donkerblauwe vruchten die heerlijk smaken. Deze wijnstok is trouwens een echt blijvertje. ´Boskoop Glory´ is al sinds 1903 in cultuur!
Muur op het zuiden
Ondanks zijn winterhardheid groeit ´Boskoop Glory´ het best op een zonnige beschutte standplaats. Dan is ook het risico dat de vruchten niet afrijpen het kleinst. De zuidgevel van het huis, of een tuinmuur op het zuiden zijn bijvoorbeeld heel geschikt.
Voor druivenplanten die tegen een muur staan, kan men het beste een groot plantgat maken, omdat de grond hier meestal niet zo goed is. Rondom de druif kan het gat dan opgevuld worden met een mengsel van compost, turfmolm en oude koemest. De druif houdt van een kalkrijke bodem, maar kalk kan de plant genoeg uit de muur opnemen. Bij een wijnstok die in de tuin of in een kasje wordt geplant, is een wat groter plantgat meestal niet nodig.
Goed snoeien
Een wijnstok laat zich gemakkelijk leiden tegen een muur of pergola, maar dit moet wel van jongs af aan gebeuren. Een goede methode is bijvoorbeeld langs de muur draden te spannen. Met zijn draaiende klimranken zorgt de wijnstok dan zelf voor houvast.
Als men veel druiven wil, is nauwgezet snoeien heel belangrijk. Houd daarbij rekening met het feit dat de bloemen, en dus ook de druiven, verschijnen aan de zijtakjes van scheuten die in het jaar ervoor zijn gevormd.
De druivenplant kan het best na november gesnoeid worden. Doe dat wel vóór eind februari, omdat anders de sapstroom op gang gekomen is, vooral bij de houtige delen. Het plantensap komt dan door de snoeiwond naar buiten en is zeer moeilijk te stelpen. Leder jaar kweekt men er een etage bij. Zo draagt de wijnstok ook van onderen blad en ontvangt maximaal licht.
Spectaculaire herfstkleuren
Vitis is de officiële naam voor de wijnstok, of druivenplant. Behalve soorten die speciaal voor de vruchten in cultuur zijn, omvat deze plantenfamilie ook verschillende sierdruiven. Deze worden vooral gekweekt vanwege de spectaculaire herfstkleuren.
Een mooi voorbeeld is Vitis colgnetiae, een sierwijnstok uit Japan. De twijgen en ranken van deze soort zijn roestig viltig, evenals de onderkant van het blad. In de herfst is het blad prachtig donker purperrood van kleur.
Een nauwe verwant van de druif is Parthenocissus tricuspidata, de Wingerd. De verschillende variëteiten van deze soort zijn geweldige klimmers, die tot 20 m hoog kunnen worden. Daardoor kunnen ze behoorlijk snel een muur of een schuurtje bedekken. In de herfst zijn de bladeren van de wingerd prachtig, paarsrood van kleur.
Bron: Geert Devriese