Kweevruchten worden meestal kort na de pluk verwerkt. Soms worden ze een korte tijd bewaard. Bij laat plukken en bij enige tijd bewaren lijken de vruchten uiterlijk nog goed. Bij het doorsnijden zijn ze inwendig volledig of gedeeltelijk bruin verkleurd. Een te late pluk, te ruwe behandeling of een te lange bewaring zijn de belangrijkste oorzaken van deze fysiologische ziekte.
Kenmerken
Uiterlijk lijkt de schil normaal. Als u goed kijkt ziet u lichtbruine, iets ingezonken vlekjes, welke kunnen wijzen op een inwendig bruinverkleuring.
Uiterlijk lijken de vruchten normaal.
Bij het doorsnijden zijn ze gedeeltelijk of volledig bruingekleurd.
In een vroeg stadium kunnen de vruchten nog gebruikt worden voor verwerking.
Controleer voor de verwerking eerst de geur en de smaak van de bruinvlezige vruchten.
Oorzaak: Stofwisselingsstoornis, fysiologisch probleem
Teeltmaatregelen die de bruinverkleuring kunnen voorkomen:
- Vroeger plukken.
- Vruchten na de pluk zo snel mogelijk verwerken.
- Behandel de vruchten met zachtheid.
- Bewaar de vruchten niet te koud in de koelcel! Een te koude bewaring bij beroepskwekers kan bij sommige rassen ook bruinverkleuring veroorzaken.
Vatbare rassen
Vooral de grootste peervormige kweevruchten zoals ´Champion´, ´Ronda´, …
Minder vatbaar
Appelvormige kweevruchten zoals ´Leskovacka´, ´Ludovic´, ´Agvambari´, …
Verwerking van kweevruchten
Verwerk de vruchten na de pluk zo snel mogelijk tot gelei, jam, confituur of marmelade. Een lange bewaring geeft dikwijls inwendige bruine vruchten.
Het sap van de vruchten wordt meestal verwerkt tot een honingkleurige gelei.