Als het weer echt goed meevalt en de bodem droog is, kan je eigenlijk al vanaf februari de volgende gewassen zaaien: sjalot, ui, knoflook, radijs en vroege spinazie. Maar het risico blijft …, tenzij je de beschikking hebt over voldoende koude bakken of wanneer je gebruik maakt van een plastic bescherming. Plantajuin kan er in op een worteldag. Afstand in de rij: 10 à 15 cm, afstand tussen de rijen : 30 cm. Als tussenteelt kan je vroege worteltjes gebruiken: deze combinatie helpt om aantasting te voorkomen. Zet hier en daar ook een plantje kamille tussen. Ui doet het best op kleihoudende grond, maar gedijt ook zeer goed op humusrijke, zandige bodem. Zoals reeds gezegd: geen vers organisch materiaal erbij! Zaaiajuin mag je reeds zaaien vanaf midden maart. Draag er zorg voor niet te dicht te zaaien. Wanneer de jonge plantjes ongeveer 10 cm hoog zijn, dunnen tot op 10 à 12 cm
• De grond enkel bewerken wanneer deze voldoende uitgedroogd is.
• Bewerk enkel de percelen waarop je ´s anderendaags wil zaaien of planten.
• De ruwe bodembedekking enkel daar weghalen waar je zal zaaien of planten. Het vrijgemaakte perceel bedekken met 2 cm goed verteerde kompost en deze inwerken in de bovenste laag. Opgepast: geen kompost aanbrengen wanneer je ui, sjalot, wortelen of look zaait of plant. Deze gewassen houden niet van verse kompost.
• Indien nodig grondverbeterende stoffen aanbrengen zoals lavameel, basaltmeel of bentoniet.
• Denk eraan: je kan beter iets later zaaien dan te vroeg, zeker wanneer je slechts over een kleine tuin beschikt. Ongunstige weersomstandigheden kunnen makkelijk voor een maand achterstand zorgen wanneer een zaaisel mislukt, terwijl een week of twee weken wachten voor een goed resultaat kan staan…
• Laat je bij het zaaien en planten bijstaan door een van de vele zaaikalenders : de Velt kalender, de zaaikalender van Rik Dedapper, de bio-dynamische Kosmos Agenda van Maria Thun
Een greep uit de andere mogelijkheden:
Sjalot
Het neefje van de ui. Kan eveneens geplant worden vanaf eind februari, bij voorkeur op losse kleigrond of humusrijke zandgrond. Iets verder uit elkaar planten in de rij dan ui. Knoflook
Deze plant moet niks hebben van aanhoudende vochtigheid in de bodem en heeft een gezonde, humusrijke bodem nodig. Knoflook vraagt veel licht, dus plant de bollen zo´n 20 tot 25 cm uit elkaar. Het planten kan vanaf eind februari, hoewel begin oktober beter was geweest.
Erwten
Kunnen er in op een vruchtdag, vanaf begin maart. De zaden in groepjes van 4 à 5 planten op een diepte van 4 à 5 cm. Erwten groeien op alle gronden die niet te vochtig of kalkrijk zijn. Vergeet niet om de jonge planten te beschermen tegen vraatzuchtige vogels! Ook erwten houden van het licht: zet ze dus niet op een beschaduwde plaats. In zandgrond is het aangeraden om de zaaigleuf op te vullen met een weinig kompost.
Spinazie
Kan worden gezaaid vanaf begin maart op een bladdag. Spinazie vraag een voedzame, vaste bodem (is nogal gevoelig voor droogte). Gezien de korte groeicyclus (5 tot 6 weken), zijn niet alle voedende bestandsdelen uit de bodem verdwenen en is het dus een goede voorteelt voor andere
gewassen. Zaaien op een diepte van 1,5 cm en aanrollen of -drukken. Indien het droog blijft, besproeien.
Sla
Sla kan je zaaien vanaf midden maart. Het best kan je voorzaaien in een piepschuimen bakje, zodat je minder last hebt van slakken. De kleine plantjes verspenen in een potje, gevuld met vruchtbare grond. Op dat moment zaai je opnieuw sla, om continu te kunnen oogsten. Aangezien sla een bladgroente is, dien je bij het uitplanten – op een afstand van 35 tot 40 cm – voldoende kompost in het plantgat te mengen. Verder: wortelen, groene selder, prei, radijs, kervel, peterselie, schorseneer, aardappelen en allerlei kruiden.
Bron Het Fortuintje Hamme 2003, bewerking Rudi Van Overloop, voorjaar 2010