´Kom op, ik ga maar weer iets wilds doen´, besloot ik dit jaar na ontvangst van De Dikke Zadenlijst van de Cruydt-Hoeck en ik bestelde wat zakjes bloemenzaad. Als een rasechte tuinfanaat liet ik me door het boekwerkje van de Cruydt-Hoeck wild enthousiast maken om allerlei soorten inheemse planten te gaan zaaien, omdat ze hordes vlinders, bijen en andere insecten de tuin in lokken. De Zadenlijst is voor mij een bijzonder soort miniatuur naslagwerkje doordat er een aantal prachtige historische tekeningen in staan. Bovendien geeft men bloemrijke beschrijvingen van de planten, waarbij men soms grappig uit de hoek kan komen. Naast zaden voor inheemse planten levert men ook tuinzaden. Uit die laatste categorie heb ik wat mooie bloemzaden uitgekozen en het er maar op gewaagd om ze te zaaien. Jarenlang durfde ik ze niet binnen voor te zaaien, omdat mijn vorige kat de onbedwingbare neiging had om de zaailingen op de vorming van hun wortelgestel te controleren. De huidige kat eet gelukkig alleen kamerplanten, krokussen en daglelies (gegeerde daglelies op afbeelding).
Mijn lievelingsbloemen zijn Cosmea en Lavatera. Dat schijnt niet zo uniek te zijn, want de Cruydt-Hoeck belooft dat de hele buurt op mijn stoep staat, als de bloemen van de Cosmos bipinnatus ´Sea Shells´ op extravagante wijze aandacht zullen gaan trekken door kroonblaadjes die de vorm van holle pijpjes aannemen in de kleuren wit, licht- en donkerroze. Voeg daarbij de vlinders die erop afkomen, als dit soort roze ´zeeschelpjes´ aan een meter hoge struik te voorschijn komen en u begrijpt dan wel waarom ik deze bloemetjes buiten zet om af te harden, want ze moeten daar allemaal wel tegen opgewassen zijn.
De Lavatera trimestrus ´Silver Cup´ bloeit in dezelfde maanden als de Cosmea en vormt wijde trechtervormige bloemen van wel 10 cm doorsnee aan een struikje van 70 cm hoog. Ze krijgen een heldere, zilverachtig roze kleur met daarin een duidelijk donkerroze adering. Halverwege deze maand, als de kans op nachtvorst verdwenen is, krijgen ze het zonnigste plekje van mijn tuin. Zo kunnen ze zich van hun mooiste kant laten zien.
Het piramideklokje, Campanula pyramidalis (tweejarige teeltwijze – ook vaste plant), wordt in de zadengids als ´verbijsterend´ aangeprezen en ik vermoed dat men daarmee de hoogte van 1.80 tot 2.00 m. op het oog heeft en de langdurige bloei van juni tot in september met honderden dicht opeengepakte stervormige 2,5 cm grote bloemen (blauw of wit) die een verbijsterend mooi tafereel zullen opleveren. Deze Campanula gedijt zowel in de zon als in de halfschaduw, maar moet in de winter toegedekt worden. Deze plant kan zowel in de tuin als in een mooie pot binnen staan. U kunt waarschijnlijk wel raden op welke plek ik dat piramideklokje neerzet, maar als het aan de kat lag…
Vorig jaar heb ik toch nog bloemen gezaaid, maar dan buiten in een grote pot op het terras bij een rozenboog. Uit een zakje biologisch geteeld zaad van de Bolster kreeg ik zowaar prachtige Lupinus nanus, een lage lupine in zachtpaars. Dit jaar heb ik ze in april weer gezaaid, maar dit keer een tweejarige soort van de Cruydt-Hoeck. Zij zijn er echt verguld mee, melden ze en ze zijn blij dat ze eindelijk het zaad van deze bijzondere soort te pakken hebben gekregen. Van juni tot in augustus kan ik dit keer van een (tweejarige) blauwe miniatuurlupines genieten. Deze geurende lupine wordt 45 cm hoog.
Lupinus nanus in een pot bij de rozenboog |
Als aardige tegenstelling van die miniatuurbloemen zet ik hier en daar ook wat zonnebloemen in de tuin die ik deze maand direct ter plekke zaai. Bij de kruidenier met biologisch-dynamische producten heb ik de Helianthus annuus (zaadhandel de Bolster) gekocht om te kijken of ze echt wel 3 meter de lucht in schieten met grote gele bloemen met een donker hart. De Helianthus debilis ´Italian White´ wordt een struikje van niet meer dan 1.50 m en de bloemen zijn zeer licht en roomkleurig geel. Oorspronkelijk had ik een spectaculairdere soort gekozen dan de debilis met die witte Italianen.
Ik was onder de indruk van de prachtige beschrijving van de Helianthus ´Lemon Moon´ die voor een oplichtend effect zou zorgen. Blijkbaar ben ik niet de enige die door betoverende verhalen een vleugje magie in de tuin wil stoppen. Ik probeer wel of zoiets met ´Italian White´ gaat lukken. Met een beetje geluk heeft dit zakje zaad niet het effect dat de buurt automatisch meegeleverd wordt. Laten die zelf maar de bloemetjes eens buiten zetten. En dat doen ze nog ook, want in de buurtkrant lees ik dat langs het watertje ´De Biltsche Grift´´een stel actieve ´Griftkikkers´ regelmatig in de weer zijn om met jonge, inheemse plantjes de oevers in de buurt te verfraaien en tegen de stroom in hun best doen om een ecologisch evenwicht op te bouwen.
Bron Janny Figee 2006, bewerking RVO voorjaar 2010