In een aantal artikelen zal ik een poging doen om iets te vertellen over groenten uit grootmoeders tijd. In vogelvlucht hoop ik wat te vermelden over geschiedenis, vorm, gebruik en teelt. In deze aflevering komen aardbeispinazie, bindsla, brave hendrik, daslook, Savanna, honingplantje (Stevia) en Santoh aan bod. Mijn ervaringen hebben betrekking op natte kleigrond.
Rode aardbeispinazie – Chenopodium foliosum
Dit gewas komt uit de bergachtige streken van Portugal en Spanje. Totdat het door de (gewone) spinazie verdrongen werd is het honderden jaren een gewild product in Europese tuinen geweest. Zowel als nuts- en sierplant. Hoewel anderen dit gewas indelen als een apart geslacht (Blitum virgatum) van de ganzenvoetfamilie houd ik het hierboven genoemde geslacht aan.
In het begin kan men de jonge bladeren plukken en gebruiken als spinazie. Na ruim een maand is het blad als spinazie eetbaar. Maar door de mechanisatie in de landbouw is deze plant in de beroepsteelt in onbruik geraakt. De oorzaak is dat zijn opvolger de gewone spinazie (Spinacia oleracceae) machinaal geplukt kan worden, terwijl dit gewas handmatig geplukt moet worden.
De gesloten bloemen lijken op zeer kleine aardbeien. Deze schijnvruchten kunnen in bijvoorbeeld in yoghurt en andere gerechten gebruikt worden. De smaak valt tegen maar als garnering doen ze het goed. Ook in een bloemenvaas misstaat het niet.
Afhankelijk van het weer zaai ik het ongeveer eind maart. Soms laat ik deze groente zichzelf uitzaaien en plant de jonge planten uit. De ervaring is dat een spontane opkomst betere resultaten geeft. Waarschijnlijk heeft het zaad baat bij een koude periode. Een droge zomer geeft meer resultaat als een regenachtige. Zaaien gaat iets moeilijker in het voorjaar. Gezien deze spinazie hier inheems is kan dit beter in de vroege herfst. De plant houdt van een droge kalkrijke bodem.
Bindsla – Lactuca sativa
Vermoedelijk is bindsla een van de oudste gecultiveerde slasoorten. Reeds in oude Egyptische graftomben kwamen op muurschilderingen groenten voor, die aan dit gewas doen denken. Ook de Romeinen kenden dit gewas dat ze met hun veroveringstochten naar onze streken hebben meegebracht. Ook komt deze plant tegenwoordig als inlands gewas in het wild voor. De oorsprong van dit gewas ligt echter rondom de Middellandse zee. Het schijnt dat deze sla in België minder bekend is dan in Nederland.
De krop is redelijk los met lange bladeren. Meestal wordt het stugge groene blad met zijn licht bittere smaak gestoofd gegeten.
Vroeger bond men de bladeren tezamen om malsere binnenbladeren te krijgen. Vandaar de naam Bindsla. Tegenwoordig is er zelfsluitende bindsla in de handel.
Doorgaans zaait men in mei en juni buiten op een zaaibed en plant later de plantjes uit. De plant kan redelijk veel kou verdragen en daarom zaai ik eind juli begin augustus nog buiten voor een herfstteelt.
Een andere naam is Romeinse sla (Lactua sativa var. Romano) |
Brave hendrik – Chenepodium bonus-hendricus
Deze in Noord Europa thuishorende plant dankt zijn naam aan de Engelse Koning Hendrik IV. Dit zeer oude gewas, dat ook door de Romeinse legioenen naar onze streken is gebracht komt nu op vele plaatsen in Noord Europa voor. Omdat de bladeren na het plukken snel verwelken is deze plant bij uitstek geschikt voor de volkstuinder. In het Nederlandse Zuid-Limburg en het hieraan grenzend Belgisch grondgebied komt deze plant in het wild voor. Ook in de kalkstreek (België) is hij inheems.
Men kan deze groente als spinazie eten. Maar ook kan men in het voorjaar de jonge stengels bleken door aanaarden of er een pot over te zetten. De aldus gebleekte stengel bereid men als asperge.
Het is een vaste plant, die men kan vermeerderen door scheuren of zichzelf laten uitzaaien. Deze groente, die verdrongen is door de uit de Kaukasus, Afghanistan en Iran afkomstige spinazie, geeft de voorkeur aan een droge kalkrijke grond. Ook is er zaad in de handel, maar op mijn zware klei lukte dit minder voorspoedig.
Men teelt dit gewas als volgt:
In rijen op 30 cm afstand in het voorjaar zaaien en op dezelfde afstand uitdunnen. Het volgende jaar zijn de bladeren (al of niet gebleekt) oogstbaar. Jonge bladeren kunnen geroerbakt worden of rauw in salade gebruikt worden. Grotere bladen bereidt men als spinazie. De bladeren zijn rijk aan ijzer, vitaminen en mineralen.
De naam is ontleend aan de Engelse koning “Good King Henry”. |
Daslook – Allium ursinum
Ook een plant uit onze streken namelijk Noord West Europa. Ook in België en Nederland komt deze in het wild voor. Dit kruid is in België en Nederland beschermd, dus niet in het wild plukken.
De naam daslook is ontleend aan het feit, dat dassen graag hieronder hun burchten maken. Terwijl de naam berenlook verwijst naar het eerste voedsel van beren na hun winterslaap. Of dit waar is laat ik in het midden. Dit gewas groeit graag op kalkrijke grond. En het liefst op een plek met weinig licht. Ik ben er niet in geslaagd het op kleigrond uit zaad op te kweken, maar via de bolletjes (uitjes) heb ik jaarlijks een goed resultaat.
Al vroeg in mei kan men het blad oogsten en in sla gebruiken. Het blad kan men gebruiken als spinazie en zodra het blad verwelkt is kan men de knolletjes, die lijken op knoflook teentjes, gebruiken in salades. Na de de zomer kan men de bol voor hetzelfde doel gebruiken. Verder wordt het medicinaal gebruikt voor reiniging van maag en darmen. Ook heeft het een bloeddruk verlagende werking.
Het beste kan men deze vermeerderen door de knolletjes. In eind mei bloeit de plant met witte bloemetjes en spoedig daarna verwelkt het blad. De uitjes overwinteren in de grond om vroeg in het voorjaar uit te lopen. Mijn systeem is om bij het oogsten direct enkele teentjes terug te zetten.
Een synoniem is berenlook (ursinum is beer) |
Santoh – Brassica rapa var. pekinensis
Deze snelgroeiende plant komt oorspronkelijk uit Japan, Noord China en Korea. Hij is in feite te vergelijken met een niet kroppende Chinese kool. Echter heeft deze koolsoort minder last van doorschieten. En het blad doet enigszins aan een hardere slasoort denken. Als men de planten boven het groeipunt afsnijdt lopen ze meestal opnieuw uit. Het blad wordt gebruikt in salades, gestoofd en geroerbakt. De laatste jaren is dit gewas onder de naam bladkool Makiko in zaadlijsten verschenen.
Savanna – Brassica rapa var. pervirides
Deze variatie van de voorgaande komt voor in Japan. Het jonge blad kan als salade worden gebruikt. Verder worden de oudere bladeren gestoofd of geroerbakt. Ook is hij in zaadlijsten bekend als bladkool miwa. Dit gewas kan zowel voor voorjaarsteelt als najaarsteelt aangewend worden. Wordt doorgaans gekookt gegeten.
Honingplantje – Stevia rebautiana bertoni
Dit kruidachtige gewas is afkomstig uit het noorden van Paraguay. Het werd door de Spanjaarden in de zestiende eeuw naar Europa gebracht. Het bevat een groot gedeelte natuurlijke zoetstof (suiker). Het is al sinds 1500 bekend. Een vijftal jaren geleden was het regelmatig te koop. En ik heb het drie jaar gehad. Meestal kocht ik van deze oude plant een drietal exemplaren. Hoe meer bladeren ik knipte en droogde om ze in bijvoorbeeld in thee en andere dingen te gebruiken des te harder was de hergroei. Overwinteren was wel moeilijk. Plotseling was het niet meer een handel. Achteraf door een fout van iemand, die dacht dat meer dan 600 oude natuurproduct nieuw was. Jammer genoeg was het hierna niet meer te koop.
Een synoniem is suikerblad. |
Waarom is Stevia als voedingsmiddel verboden op 22-2-2000 door de Europese Commissie? Eerlijk gezegd valt dit buiten mijn bestek. Maar voor de duidelijkheid een korte toelichting:
In de waan dat het sinds 1500 bekende oude gewas van de Guarani indianen (Paraguay) een volstrekt nieuw gewas was vroeg de Leuvense professor J.Geuns (Katholieke Universiteit Leuven) hiervoor een vergunning bij een Europese Commissie aan om het als nieuw voedingsmiddel in de handel te brengen. Maar hier was een Europees onderzoek voor nodig om de veiligheid van het product te garanderen. Dit was er niet. Dus de commissie moest wel weigeren. Overigens is uitwendig gebruik zonder meer toegestaan.Volgens het TNO Nederland is dit onderzoek, wat betreft de baten veel te duur dus niet zinvol. In 2005 lopen veel patenten af misschien kan hierdoor een doorbraak plaats vinden. Ik vind het te bureaucratisch dat dit door een misverstand verboden is.
Bron Pieter Bimmel 2005, bewerking RVO 2008