De échte siergrassen en zeggeachtigen (Carex) zijn niet de enige planten die een grasachtig effect aan te tuin kunnen geven. Alle opgesomde planten in dit artikel bezitten smalle, op siergras lijkende bladeren. De meeste zijn in feite verwant aan de iris- en leliefamilie, ze groeien gemakkelijk en gaan lang in de tuin mee.
Hun bladeren komen voor in alle tinten van groen, gestreept, brons, blauwachtig, groen met wit of groen met geel. Sommige soorten zijn zacht en elegant geweven, andere hebben stijvere bladen die krachtige lijnen geven aan gemengde aanplantingen. Sommige bloeien kleurrijk en zijn goed te gebruiken in droogboeketten.
Plant ze niet afzonderlijk in de border maar maak met deze planten groepen om een opvallende bladertextuur te geven aan bloembedden, borders of rotstuinen. Of plant ze gegroepeerd als een tapijt met drie tot vijf bij elkaar voor een deugdzame bodembedekking. Of plant ze aan randen van paden.
Acorus gramineus is kleiner dan Acorus calamus, met groenblijvende bladeren met een middennerf en een bijna rechtopstaande bloeikolf van 5-10 cm lang. Vooral de dwergvormen Acorus gramineus var. pusillus en de gestreepte Acorus gramineus ´Argenteostriatus´ komen veel voor. |
|
Agapanthus ´Lilliput´ is afkomstig uit Afrika en omstreeks 1700 in Europa ingevoerd. Veel soorten zijn groenblijvend. De naam is afgeleid van het Griekse agape en anthos, wat respectievelijk liefde en bloem betekent. Het is een kruidachtige vaste plant met vlezige wortels. De bloeistengels worden gebruikt als snijbloem, terwijl de zaadhoofden vaak gebruikt worden in droogboeketten.
De verzorging is eenvoudig: + in de zomermaanden regelmatig gieten, bij veel zonneschijn in de schaduw plaatsen. Tips voor de overwintering van Agapanthus in potten: – hoe koeler U de Agapanthus laat overwinteren, hoe minder water U hoeft te geven en hoe beter hij de volgende zomer zal bloeien. |
|
Crocosmia crocosmiiflora en Crocosmia masoniorum bezitten heldergroene bladeren. De lange bloemstelen met bloemkleuren als van sinaasappel, rood en gele bloemen zijn bijzonder opvallend. Het is een makkelijke plant die volle zon vraagt of een beetje lichte schaduw. Plant ze in potten of in de lente in de border. | |
Diplarrena moraea (14-dagenlelie) (synoniem Moraea) draagt vlakke, witte bloemen bovenop smalle, donkergroene hooggroeiende bloemstelen. Het is een vorstgevoelig maar taai bolgewas dat weinig eisen stelt. Planten in volledige zon of in wat schaduw, in normale tuingrond. | |
Hemerocallis is een favoriet voor borderbeplantingen en randen en leent zich ook goed voor de vijvertuin. In het Hemerocallis sortiment is ´Stella de Oro´ een middelvroege bloeier. Meestal volgt ook een nabloei. Hemerocallis ´Golden Zebra´ komt voort uit een zaaisel dat werd opgezet door Malanseuns PIesier Plante in Pretoria, Zuid-Afrika. De naam ´Golden Zebra´ duidt op het blad met gele randen. De bloemen zijn diep goudgeel.
Deze in Amerika zéér populaire plant telt meer dan 500 hybriden met een waaier aan kleuren. Goede snijbloemen. Groeit goed in de meeste gronden, maar bij voorkeur op een zonnige plek of met wat lichte schaduw. |
|
Kniphofia uvaria, de vuurpijl met zijn neerhangend blad, heeft z´n naam te danken aan zijn rood- en gele, toortsachtige bloemen op lange stelen. De keuze aan hybriden in kleur en hoogte is groot, gaande van oranjerood, geel, oranje tot ivoorwit. Het zijn uitstekende snijbloemen. Vraagt volle zon op een warme standplaats op een goed gedraineerde grond. | |
Ophiopogon japonicus, een grasachtige vaste plant vormt kleine pollen van donkergroene bladeren. Gelijkt op het aardige Liriope spicata maar groeit sneller. Plant ze in rijke, vochtige grond. Vraagt wat gedeeltelijke schaduw. | |
Phormium of Nieuwzeelands vlas is een wintergroene kuipplant met een zeer ruim aanbod aan cultivars. Deze komen voor in tal van bladerschakeringen gaande van met groen, brons, purperrood,of geschakeerd. Mooie kuipplant die in de zomer makkelijk buiten kan gehouden worden. Geschikt voor middelgrote en kleine tuinen. Er zijn ook laagblijvende dwergsoorten zoals ´Yellow Wave´, ´Surfer´, ´Thumbelina´ en ´Maori Sunrise´ met bronskleurige, gele of rozerode geschakeerde bladeren. Plant ze in bijna om het even welke grond, in de volle zon of of plaatsen met gedeeltelijk wat schaduw. Phormium is vorstgevoelig en kan best overwinterd worden op een koele, vorstvrije en, lichte plek. | |
Bieslelie, Sisyrinchium bellum is een blauwogend gras dat pollen vormt van blauwachtige, groene bladeren. De kleine blauwe sterbloemen verschijnen aan de bladuiteinden. Gelijkaardig is Sisyrinchium californicum. Geef ze voldoende zon of lichte schaduw, en een gemiddelde watergifte. Mooie plant voor natuurtuinen die gemakkelijk uit zaad kan gekweekt worden. | |
Tulbaghia violacea of allemans-ui, een bolgewas dat lijkt op knoflook met blauwachtige groene bladeren. De rijkbloeiende roze-lavendelkleurige bloemen staan op slanke stelen. Er kunnen wel 20 bloemen verschijnen. Ze groeien op een zonnige plaats in iedere grondsoort (in Afrika een oeverplant) en kunnen onder een bladerdek of een omgekeerd mandje overwinteren. Om te vermeerderen de pollen scheuren. Kweekt U ze in pot, geef dan wat Osmocote of andere kuipplantenmest. De cultivar ´Silver Lace´ heeft bladeren die met wit grijsgroen zijn. Boete voor het scherpen. Vraagt volle zon en een gemiddelde watergifte. Overwinteren zoals wintergroene kuipplanten. | |
Watsonia beatricis en Watsonia pyramidata produceren grote, openstaande bloemen in roze, wit, lavendel of perzikkleurig. Het zijn bijzonder knappe snijbloembloemen. De diepgroene bladeren staan rechtop. Bijzonder geschikt voor potcultuur en terras. Vragen een zonnige standplaats. Beschutten in de winter. | |
De bloemen van het bolgewas Zephyranthes zitten aan slanke nevels van heldergroene, grasachtige bladeren. De krokusachtige bloemen zijn er in tinten van rose, wit, of geel. De meeste soorten kunnen ´s zomers buiten staan, op het terras of op het balkon. De bollen kunnen in het voorjaar besteld worden. Oppotten en met weinig warmte aan de groei brengen. Na half mei kunnen de potten naar buiten. Geef ze een zonnige en beschutte plaats. In de natuur groeien de planten op nogal vochtige plaatsen en absolute droogte moet dus vermeden worden. In de zomer dus tamelijk royaal gieten.
Het is niet nodig de planten elk jaar van nieuwe aarde te voorzien. Omdat de oude grond dan wel uitgeput raakt, is het goed om tijdens de groei tweewekelijks te voeden. Ze worden het beste in de koude kas geplaatst, minimaal 5°C dus, waarbij de aarde iets vochtig moet blijven. Het loof zal dan ook niet helemaal afsterven. In het voorjaar kunnen de planten opnieuw aan de groei gebracht worden. Goede soorten zijn Zephyranthes rosea, Zephyranthes citrina, Zephyranthes grandiflora, Zephyranthes pulchella en Zephyranthes candida. |
Bron: o.a. Sunset – juli 1986
De TK-Plantengids van de Tuinkrant
Bewerking Rudi Van vverloop