Oculaties en entingen vragen een aangepaste verzorging om goed te kunnen uitgroeien. Geoculeerde onderstammen worden in het voorjaar afgeknipt zodat de oculaties kunnen uitlopen. Vanaf april kunnen bij goed weer de voorjaarsentingen in openlucht gedaan worden. Een probleem met de bestuiving? Ent een goed bestuivend ras in de kop van een jonge boom, zodat de vruchtzetting kan verbeteren.
Overzicht werkzaamheden
1. Half maart
Gelukte oculaties worden afgeknipt. Dit kan net boven de oculatie gebeuren ofwel 10-20 cm boven de oculatie. (Zie nr 6 op figuur)
Mislukte oculaties worden niet ingekort. Deze onderstammen kunnen opnieuw geënt worden bij warmer weer.
– De handveredelingen of tafelentingen die binnen gemaakt werden kunnen nu uitgeplant worden.
De hergroei van de entelingen kan bevorderd worden door de grondoppervlakte af te dekken met GFT-compost en hakselhout. Hou de stam onderaan vrij zodat verbranding of schimmelaantasting voorkomen wordt.
– Walnotenonderstammen welke in groei getrokken worden, kunnen nu geënt worden en blijven tot ca half mei binnen. Het enthout kan rechtstreeks van de bomen in rust geknipt worden. Snoei zo weinig mogelijk om sapverlies te voorkomen.
2. April
– Op vaststaande onderstammen (openlucht) kan vanaf april tot juni bij goed weer geënt worden.
– Het omenten van bomen kan ook in april gebeuren. De bomen die omgeënt worden, werden in januari-februari goed teruggezaagd. Door de gesteltakken tijdig af te zagen wordt het zgn. bloeden voorkomen. Door het bloeden of het verliezen van sap kan de ent weggeduwd worden zodat het vastgroeien verhinderd wordt.
– Mislukte oculaties en entingen kunnen opnieuw geënt worden. Op dunne onderstammen kan men de gewone ofwel de verbeterde plakgriffel toepassen. Op dikke onderstammen kan beter de spleetenting toegepast worden.
3. Mei – juni
– Wildopslag regelmatig uitdunnen bij de gelukte oculaties en enten. Laat tijdelijk enkele scheuten staan als saptrekker.
– In groei getrokken onderstammen die binnen geënt werden, kunnen vanaf half mei in openlucht uitgeplant worden.
4. Juni – juli
– Wildopslag volledig verwijderen zodra de oculatie en ent een lengte van ca 20 cm hebben.
– Verticaal aanbinden van de jonge oculatiescheuten en entingen. Dit kan best gebeuren zodra de oculatiescheut ca 15-20 cm lang is. Laat voldoende groeiruimte over zodat de oculatie niet ingesnoerd wordt.
5. Augustus
– De stompen boven de oculaties volledig wegknippen. De snoeiwonde wordt behandeld met een wondhelend product.
6. April – oktober
– Mechanische onkruidbestrijding. Hak ondiep, met smalle stroken en werk steeds vooruit!
Enten en oculaties breken gemakkelijk af. Beschadig geen onderstammen, want dit geeft kans op schimmels (vruchtboomkanker)
Waarom dit werk tijdig uitvoeren?
Hiermee bekomt men een betere en gezondere groei van de ent of oculatie
Wilde scheuten die niet tijdig verwijderd werden, zijn later soms moeilijk te herkennen uit de oculatie- of entscheut.
Door regelmatig de wilde scheuten te verwijderen zijn de gemaakte wonden klein en genezen snel. Hierdoor minder schimmelinfecties
Bij te vroeg verwijderen van de wildopslag kan de sapstroom stilvallen