Vijvers en vissen

Zuurstofplanten hebben licht en warmte nodig om te kunnen assimileren. Is het enkele weken na elkaar donker, regenachtig weer dan kunnen de zuurstofplanten bijna niet meer functioneren. Er ontstaat dan een te grote nitraatontwikkeling en de opneembaarheid van stikstofverbindingen door de planten loopt terug. Op de bodem neemt de hoeveelheid bacteriën toe en er ontstaat een gunstig milieu voor ontwikkeling en de vermeerdering van blauwe of bruine kiezelalgen.

Het zijn bruine en blauwe bolletjes die wat op dril lijken, het is net gelatinepudding. Andere lijken op blauwe druifjes. Ze hebben zeer weinig behoefte aan licht en in het ergste geval kunnen ze tot woekergroei overgaan en de hele bodem bezetten met hun drilbolletjes. Hierdoor wordt ook weer de groei van zuurstofplanten geremd.

 

Het beste is als men deze bolletjes ontdekt om ze met een fijnmazig net van de bodem weg te scheppen.
Dit is één van de duidelijke bewijzen dat de vijver in de volle zon moet liggen

 

Deze bolletjes zijn goede indicatoren voor de samenstelling van het water:

  • zijn de bolletjes bruin, dan is het water vrij zuur.
  • groene bolletjes zijn zuurstofrijk en blauwe wijzen op sterk verontreinigd water.